Nieuwe circulaire wijzigt pensioenplannen voor zelfstandigen

Als zelfstandige doe je er goed aan om zelf voor een aanvullend pensioen te zorgen. Dat kan bijvoorbeeld via een Individuele Pensioentoezegging (IPT), waarbij je vennootschap de premies betaalt. Met het oog op de fiscale aftrekbaarheid van de premies is de 80%-regel cruciaal. Welnu, een fiscale circulaire van 31 maart 2022 zorgt voor een nieuwe berekeningswijze van die 80%-regel, wat een stevige impact kan hebben op de pensioenplannen van zelfstandigen. Welke impact dat precies is, ontdek je hier.

GettyImages-1046599780.jpg
In dit artikel

    Je vennootschap mag de premies voor een Individuele Pensioentoezegging fiscaal aftrekken als beroepskosten als je o.a. een regelmatige, maandelijkse bezoldiging ontvangt én als de 80%-regel nageleefd is. Die 80%-regel stelt dat de som van je wettelijk en je aanvullend pensioen niet hoger mag liggen dan 80% van je laatste normale bezoldiging.

    Elk jaar opnieuw wordt de 80%-grens berekend. Maar op dat moment is je exacte wettelijk pensioen natuurlijk nog niet gekend. Daarom wordt er gebruik gemaakt van een schatting van je wettelijk pensioen. En die schatting verandert nu door de circulaire van 31 maart 2022 van de belastingadministratie…

     

    Wat wijzigt er precies?

    In het verleden werd een correctiecoëfficiënt toegepast bij de berekening van  het wettelijk pensioen voor zelfstandigen. Deze coëfficiënt werd vanaf 2021 afgeschaft. De fiscus zegt nu dat de schatting van het wettelijk pensioen sinds 1 januari 2021 proportioneel berekend dient te worden voor de loopbaanjaren waarvoor de correctiecoëfficiënt wel of niet van toepassing is. Wat houdt dit in?

    • voor de jaren als zelfstandige vóór 2021 wordt het wettelijk pensioen geschat op 25% van de brutobezoldiging van 2020, zonder dat het resultaat lager of hoger mag zijn dan respectievelijk het vast te stellen minimum- of maximumpensioen voor het betreffende jaar (d.w.z. het jaar waarvoor de 80%-grens wordt berekend).
    • voor de jaren als zelfstandige vanaf 2021 wordt het wettelijk pensioen geschat op 50% van de (begrensde) brutobezoldiging van het jaar van berekening.
    • voor eventuele jaren als loontrekkende (zowel deze voor als vanaf 2021) geldt eveneens het percentage van 50%.
    • Tevens dient er rekening te worden gehouden met een minimumpensioen (jaarlijks te indexeren).

    Waar komt het percentage van 50% vandaan? Van de berekeningswijze voor werknemers. Door de gelijkschakeling van de wettelijke pensioenen van werknemers en zelfstandigen wordt dit percentage nu overgenomen voor zelfstandigen.

     

    Welke gevolgen heeft de nieuwe berekeningswijze van de 80%-regel?

    Verlaging van je aanvullend pensioenkapitaal én van je premie

    Door het schattingspercentage van 25% tot 50% te verhogen, wordt het maximale aanvullend pensioenkapitaal dat je binnen je pensioenplan(nen) kunt opbouwen verlaagd. Logisch, want je wettelijk pensioen wordt voortaan hoger ingeschat. Dit betekent dus dat ook de premie voor je pensioenplan zal dalen.

    • Hoe langer je loopbaan nog duurt tot je wettelijk pensioen, des te groter zal de impact zijn.
    • Hoe lager je bezoldiging, des te groter het effect zal zijn. De impact is het grootst bij een bezoldiging van € 64.000, bij hogere inkomsten daalt de impact.

    Opmerkelijk is dat de nieuwe regeling ingaat vanaf aanslagjaar 2022, wat meebrengt dat ze van toepassing is op de premies die al gestort werden in 2021 … toen er nog geen sprake was van deze circulaire. Dit zorgt voor heel wat onzekerheid, want de kans is reëel dat je hierdoor in 2021 en eventueel ook in 2022 een hogere premie hebt gestort dan toegelaten was binnen de 80%-regel. Het zou er dus toe kunnen leiden dat deze beschouwd worden als een verworpen uitgave.

    Toch zal de fiscus de overschrijding voor 2021 en eventueel 2022 door de vingers zien, mits het teveel betaalde premiegedeelte voor 2021 en eventueel 2022 in het daaropvolgende jaar rechtgezet wordt (lees: in mindering gebracht wordt van de te betalen premie). De premie-excedenten dienen hiervoor in de overlopende rekening 49 in de boekhouding voor boekjaar 2022 opgenomen te worden. De overgedragen excedenten worden dan beschouwd als een voorschot op de premie van 2023. Dit standpunt is formeel bevestigd door de administratie in een addendum bij de circulaire van 31 maart 2022 (circulaire van 29 augustus 2022).

     

    Herbekijken van je pensioenplannen

    Feit is dat heel wat pensioenplannen, zoals IPT-contracten, binnenkort onder de loep genomen moeten worden. Bespreek dit zeker met je makelaar. Hij zal samen met jou je plannen overlopen en aanpassen waar nodig. Je makelaar kan ook oplossingen voorstellen om vanuit je privézijde te sparen voor later, bijvoorbeeld via een tak 23-levensverzekering.

    Dit is ook een ideaal moment om met je makelaar het volledige plaatje van je financiële bescherming te bekijken, en dus verder te kijken dan louter je pensioen. Denk bijvoorbeeld aan de financiële gevolgen van risico’s zoals arbeidsongeschiktheid, een plots overlijden, …

     

    Ontdek hier alle oplossingen van NN voor zelfstandigen om een aanvullend pensioen op te bouwen.

    Meer weten over pensioensparen?

    Deel dit artikel