Three ways to pay yourself an annuity

You have several options for paying yourself a (life) annuity each month. This is certainly a very interesting idea given the sharp drop in your income once you reach retirement age. But not all income solutions are alike. So think carefully before you make your choice.

You want to be able to enjoy your retirement, but unfortunately, "quality time" has a price. You have some money saved, but you obviously do not know how many more years you will live. Not to mention that life is becoming more and more expensive. So how can you avoid depleting all of your savings too soon? An annuity product can be a solution.

In general, we can distinguish three types of annuity product:

  • temporary life annuity
  • lifetime annuity
  • next generation lifetime annuity 

Temporary life annuity

In this case, you invest a certain amount for a predefined period (for example, eight years and one day for tax reasons). In exchange, you receive a certain pension each month. At the end of this period, you will get back part of your investment, which you can then invest again in the same way.

Note that if you die before the maturity date of your investment, the balance will then revert to the insurer. Your loved ones will not receive anything. Another disadvantage is that the annuity paid is taxable, with 3% of the invested capital being taxable at 30% (+ your municipal tax) as income from movable property. This must therefore be included in the tax return. This is an important difference with respect to an NN annuity product, where only the increase in the annuity is taxed.

 Lifetime annuity 

If you choose a lifetime annuity, the system will be the same as for the temporary annuity: you invest a certain amount and receive a pension each month, until your death in this case. If you die, nothing will be paid to your loved ones. Here too, you will have to declare the pension to the tax authorities. You cannot terminate the contract.

Next generation lifetime annuity  

For this type of life annuity, you enter into a contract until your death, but can revoke it (via a surrender of your contract). The lifetime annuity is in this case combined with branch 23 insurance (linked to an investment fund). You receive a lifetime annuity which can be increased over time if the results of the underlying investment funds are good and if your reserve has grown. For some insurers such as NN, the annuity cannot be reduced, which is a welcome security. 

You also benefit from two other very important advantages:

  • You do not have to declare the initial pension. This is tax-exempt. Only in the event of an increase in the pension will the difference between the new pension and the initial pension be taxed at 30% (plus additional percentages).
  • Ifyou die, your lovedones will receive the balance of the possible available reserve of the contract. 

 Summary table

 

Lifetime annuity

Temporary life annuity

Next generation life annuity 

Periodic pension

The initial annuity is guaranteed

The initial annuity is guaranteed

The initial annuity is guaranteed

Pension increase

Generally not provided for

Generally not provided for

The guaranteed amount will be increased if the underlying fund performs well

Duration

For life: the contract runs until your death (impossible to terminate)

Fixed term (often 8 years + 1 day or 1 month for tax reasons)

Until your death, but it is possible to terminate it during its term

Reserve in the event of death

Completely lost; your heirs receive nothing upon your death.

If you take out successive contracts, you receive a little from your investment at each extension. In the event of death, your heirs receive nothing.

Upon your death, your heirs receive the available reserve, but without any guarantee as to the amount, which depends on the evolution of the underlying portfolio and the amounts already paid.

 

Do youhave any further questions?

Your insurance broker will tell you everything you need to know about the various possible life annuity solutions. Find out here how NN can provide you with a life annuity

bbm_gettyimages-536906851.jpg
In this article

    Vandaag hebben de (onderwijs)bonden het werk neergelegd om pensioenmaatregelen, zoals voorgesteld in de supernota van De Wever, te blokkeren. Hoewel overgangsmaatregelen natuurlijk altijd noodzakelijk zijn voor leerkrachten op een boogscheut van hun pensioen, is een volledige afwijzing van de hervormingen niet de oplossing. Het is niet meer van willen, de volgende regering moét de Belgische pensioenen onder handen nemen. In zijn meest recente cijfers voorspelt de Studiecommissie voor de Vergrijzing dat de pensioenuitgaven bij ongewijzigd beleid zullen stijgen van 11.2% van het bbp in 2023 tot 12.3% in 2029 en 13,7% in 2070 (SCvV, 2024). De extra kosten bedragen ruim 14 miljard euro, waarvan ruim 6 miljard nog voor 2030 komen. Dit maakt duidelijk dat snel ingrijpen noodzakelijk is. Stilstand leidt alleen maar tot een nog groter probleem, dat later met nog zwaardere maatregelen zal moeten worden aangepakt. 


    De huidige pensioenregeling legt een steeds zwaardere druk op de samenleving. We werken te kort om daarna te lang van een pensioen te genieten: gemiddeld 34,5 jaar werken om daarna 24 jaar van ons pensioen te genieten (Eurostat 2022). Ter vergelijking: Nederland registreert een gemiddelde loopbaanduur van 43,2 jaar, Duitsland van 39,3 jaar, en Frankrijk van 36,6 jaar. 

    De supernota biedt drie sleutels om dit aan te pakken: 

    1. Gelijke behandeling, ongeacht het statuut, is een must: om de kosten te drukken, moeten we pensioenrechten sterker koppelen aan het aantal gewerkte jaren via een bonusmalus-systeem. Zo kunnen we langere loopbanen stimuleren zonder een harde verplichting op te leggen. Het is hierbij noodzakelijk om pensioenstelsels voor werknemers, ambtenaren en zelfstandigen gelijk te trekken. Op dit moment krijgen leerkrachten gunstigere voorwaarden (tantièmes) waardoor ze 41-42 jaar moeten werken voor een volledige loopbaan, terwijl werknemers in de privé 45 jaar moeten werken voor lagere pensioenen. Gelijke behandeling, ongeacht het statuut, is een must. Het doel zou moeten zijn dat iedereen 45 jaar werkt. De voorgestelde harmonisering tussen de pensioenstelsels voor werknemers, ambtenaren en zelfstandigen past hierin. Dit is al lang een punt van discussie. Te lang. 

    2. Duidelijker verband tussen arbeid en pensioenopbouw: de afbouw van gelijkgestelde periodes voor brugpensioen, landingsbanen en langdurige werkloosheid is een noodzakelijke maatregel. Mensen moeten gestimuleerd worden om actief te blijven, en deze inactiviteit mag niet langer gelijkstaan aan werk. Dit is uiteraard een moeilijke keuze, maar wel de juiste. 

    3. Hervorm de berekening van de huidige pensioenen: met enkel meer en langer werken, redden we het niet. De regeringsonderhandelaars kijken terecht naar de huidige pensioenen. Hoewel er hier belangrijke stappen worden gezet, zoals bijvoorbeeld het afschaffen van de perequatie, kan de reële groei van de hoogste pensioenen nog verder worden getemperd. Dit zou zorgen voor een eerlijkere verdeling van de lasten tussen jongere en oudere generaties, zonder dat de nominale pensioenen dalen.

    Een oproep tot redelijkheid

    De zorgen van de onderwijsbonden zijn begrijpelijk: niemand wil een hervorming die hun pensioenrechten plots en zonder nuance aantast. Maar hervormingen hoeven niet oneerlijk te zijn. Overgangsmaatregelen kunnen en moeten ervoor zorgen dat mensen de tijd krijgen om zich  aan te passen en aanvullende pensioenpijlers op te bouwen. Wat echter niet kan, is een complete afwijzing van elke hervorming. Zo maken we alleen maar een onmogelijk hoge rekening voor onze jongere generaties die ze op termijn niet meer gaan kunnen betalen. Politieke moed zal nodig zijn om het pensioenstelsel toekomstbestendig te maken. Maar pensioenhervorming mag geen taboe zijn. Het is een kans om een eerlijker, duurzamer en realistisch systeem te creëren dat werkt voor iedereen. Laten we die kans grijpen! 


    Martijn Hoogeweegen, CEO van levensverzekeraar NN
    Colin Sanders, wetenschappelijk medewerker, UHasselt en longevity specialist voor NN 
    Bart Chiau, professor faculteit Economie, UGent en verzekeringsexpert van NN

    Share this article