Good group insurance can be useful in a "talent war". And not only for large companies.

Group insurance offers workers the advantage of building up additional pension capital. Even if retirement may seem far away for many of your workers, it can be an important additional asset in recruiting new employees.

Group insurance can provide several guarantees: constitution of a supplementary pension capital, coverage in the event of incapacity for work, death coverage, waiver of premium benefit, etc. These guarantees represent an important part of your employees' salary packages. As a human resources manager, you will thus have an important additional asset in this "talent war".

  • If you opt for a cafeteria plan, there is the possibility for workers to adapt part of their guarantees to their needs and expectations. For example: higher death coverage for people in their thirties with young children, or higher pension capital for people in their fifties. The pension regulation is the framework within which adjustments are possible.
  • Tax advantage for workers if they pay part of the group insurance contributions.
  • Paying premiums towards a group insurance policy has a significantly higher net value for the worker than a similar increase in his or her gross salary. The disadvantage is that it takes some time to collect the insurance capital, but the net benefit is greater.
  • Possibility for the worker to request an advance on the group insurance reserve if he or she wishes to acquire, transform or build a property. However, this must be provided for in the group insurance regulations, and the relevant legal rules must be respected.
  • Group insurance generally provides a guaranteed return and is a safe investment.
  • For workers who change jobs, the credit balance remains in group insurance, although they can transfer the reserve to their new employer's pension plan (if the new employer offers one).

Group insurance is a very attractive investment as an employer. In addition, SMEs can also take out group insurance. It is not necessary to be a large multinational to be able to take out a group insurance policy. 


Read here why NN group insurance can make a difference for your employees.

bbm_498565071_11.jpg
In this article

    Vandaag hebben de (onderwijs)bonden het werk neergelegd om pensioenmaatregelen, zoals voorgesteld in de supernota van De Wever, te blokkeren. Hoewel overgangsmaatregelen natuurlijk altijd noodzakelijk zijn voor leerkrachten op een boogscheut van hun pensioen, is een volledige afwijzing van de hervormingen niet de oplossing. Het is niet meer van willen, de volgende regering moét de Belgische pensioenen onder handen nemen. In zijn meest recente cijfers voorspelt de Studiecommissie voor de Vergrijzing dat de pensioenuitgaven bij ongewijzigd beleid zullen stijgen van 11.2% van het bbp in 2023 tot 12.3% in 2029 en 13,7% in 2070 (SCvV, 2024). De extra kosten bedragen ruim 14 miljard euro, waarvan ruim 6 miljard nog voor 2030 komen. Dit maakt duidelijk dat snel ingrijpen noodzakelijk is. Stilstand leidt alleen maar tot een nog groter probleem, dat later met nog zwaardere maatregelen zal moeten worden aangepakt. 


    De huidige pensioenregeling legt een steeds zwaardere druk op de samenleving. We werken te kort om daarna te lang van een pensioen te genieten: gemiddeld 34,5 jaar werken om daarna 24 jaar van ons pensioen te genieten (Eurostat 2022). Ter vergelijking: Nederland registreert een gemiddelde loopbaanduur van 43,2 jaar, Duitsland van 39,3 jaar, en Frankrijk van 36,6 jaar. 

    De supernota biedt drie sleutels om dit aan te pakken: 

    1. Gelijke behandeling, ongeacht het statuut, is een must: om de kosten te drukken, moeten we pensioenrechten sterker koppelen aan het aantal gewerkte jaren via een bonusmalus-systeem. Zo kunnen we langere loopbanen stimuleren zonder een harde verplichting op te leggen. Het is hierbij noodzakelijk om pensioenstelsels voor werknemers, ambtenaren en zelfstandigen gelijk te trekken. Op dit moment krijgen leerkrachten gunstigere voorwaarden (tantièmes) waardoor ze 41-42 jaar moeten werken voor een volledige loopbaan, terwijl werknemers in de privé 45 jaar moeten werken voor lagere pensioenen. Gelijke behandeling, ongeacht het statuut, is een must. Het doel zou moeten zijn dat iedereen 45 jaar werkt. De voorgestelde harmonisering tussen de pensioenstelsels voor werknemers, ambtenaren en zelfstandigen past hierin. Dit is al lang een punt van discussie. Te lang. 

    2. Duidelijker verband tussen arbeid en pensioenopbouw: de afbouw van gelijkgestelde periodes voor brugpensioen, landingsbanen en langdurige werkloosheid is een noodzakelijke maatregel. Mensen moeten gestimuleerd worden om actief te blijven, en deze inactiviteit mag niet langer gelijkstaan aan werk. Dit is uiteraard een moeilijke keuze, maar wel de juiste. 

    3. Hervorm de berekening van de huidige pensioenen: met enkel meer en langer werken, redden we het niet. De regeringsonderhandelaars kijken terecht naar de huidige pensioenen. Hoewel er hier belangrijke stappen worden gezet, zoals bijvoorbeeld het afschaffen van de perequatie, kan de reële groei van de hoogste pensioenen nog verder worden getemperd. Dit zou zorgen voor een eerlijkere verdeling van de lasten tussen jongere en oudere generaties, zonder dat de nominale pensioenen dalen.

    Een oproep tot redelijkheid

    De zorgen van de onderwijsbonden zijn begrijpelijk: niemand wil een hervorming die hun pensioenrechten plots en zonder nuance aantast. Maar hervormingen hoeven niet oneerlijk te zijn. Overgangsmaatregelen kunnen en moeten ervoor zorgen dat mensen de tijd krijgen om zich  aan te passen en aanvullende pensioenpijlers op te bouwen. Wat echter niet kan, is een complete afwijzing van elke hervorming. Zo maken we alleen maar een onmogelijk hoge rekening voor onze jongere generaties die ze op termijn niet meer gaan kunnen betalen. Politieke moed zal nodig zijn om het pensioenstelsel toekomstbestendig te maken. Maar pensioenhervorming mag geen taboe zijn. Het is een kans om een eerlijker, duurzamer en realistisch systeem te creëren dat werkt voor iedereen. Laten we die kans grijpen! 


    Martijn Hoogeweegen, CEO van levensverzekeraar NN
    Colin Sanders, wetenschappelijk medewerker, UHasselt en longevity specialist voor NN 
    Bart Chiau, professor faculteit Economie, UGent en verzekeringsexpert van NN

    Share this article